Kiki’s leven als model was druk, grillig en bovenal erg last-minute. “Ik hoorde vaak pas op de avond ervoor hoe mijn dag eruit zou zien”, zegt ze. “Ook opdrachten gaan razendsnel: je vliegt in, ontmoet het team en doet de fotoshoot, allemaal op dezelfde dag. Voor webshops ga je soms in wel zestig verschillende outfits op de foto en ben je vooral heel druk met omkleden. Voor een mode-campagne zijn dat er veel minder en wegen creativiteit en kunstzinnigheid veel zwaarder.”

Haar ecologische voetafdruk was in die periode behoorlijk hoog, erkent Kiki. “Ik vloog veel, dat tikt aan. Maar mijn indirecte impact was eigenlijk veel groter. Ik was kleding aan het verkopen aan mensen die helemaal niet nodig hadden. Ik droeg direct bij aan de consumptiemaatschappij.

De hebberigheid van de mode-industrie

Dat begon steeds meer te schuren. Een opeenstapeling van momenten zorgde daarvoor. “Ik studeerde tijdens mijn modellenleven Milieuwetenschappen aan de Open Universiteit. Daar ging het veel over de impact die wij als mensen hebben op het milieu en de hoeveelheid grondstoffen en hulpbronnen we gebruiken. Dan kijk je al snel met andere ogen naar de mode-industrie, die ontzettend vervuilend is.”

Wat ontluisterende cijfers op een rij: de kledingindustrie is verantwoordelijk voor zo’n 4 tot 8 procent van de wereldwijde CO2-uitstoot. Meer dan die van de lucht- en scheepsvaart bij elkaar. Er worden duizenden vervuilende chemicaliën gebruikt om kleding te produceren. En als klap op de vuurpijl wordt 30 procent van alle geproduceerde kleding niet eens verkocht. Met andere woorden: na productie is het eigenlijk meteen afval. “En dan hebben we het nog niet eens over de sociale kant gehad. Vooral bij fast fashion is er sprake van onderbetaling, hoge werkdruk en slechte werkomstandigheden.”

Het boek ‘Hoe gaan we dit uitleggen?’ van Jelmer Mommers gaf Kiki het laatste zetje. “Door dat boek realiseerde ik me dat het werk dat ik doe, bijdraagt aan het slechte toekomstbeeld waar we met z’n allen naartoe gaan. En ik kon me niet langer vinden in de bijdrage die ik op dat moment leverde.” Ze stoorde zich vooral aan de hebberigheid van de mode-industrie: “Vroeger had je een zomer- en wintercollectie. Tegenwoordig worden er tientallen collecties per jaar gelanceerd. Dat is pure aanwakkering van consumptiegedrag. Daar wilde ik niet meer aan meedoen.”

Van model naar activist

Kiki besloot dan ook om fast fashion definitief de rug toe te keren en niet langer voor merken te werken waar ze niet achter stond. Maar dat was gemakkelijker gezegd dan gedaan, om meerdere redenen. “Ten eerste: ik vond mijn leven als model hartstikke leuk, ik verdiende goed, werkte met leuke en creatieve mensen. Dat moest ik wel opgeven.” Toch besloot Kiki radicaal te zijn in haar keuze en veel ‘nee’ te verkopen. In eerste instantie deed ze dat zonder een reden op te geven. Later besloot ze om er wel een statement over te maken. Bij opdrachten die binnenkwamen, kregen merken te horen dat Kiki alleen nog voor duurzame merken werkte.

“Ik merkte dat het wat teweeg bracht. Vogue besteedde er bijvoorbeeld aandacht aan. Het was een ander geluid binnen de mode-industrie en dat sloeg aan. Ik heb overigens niet de illusie dat grote modemerken wakker hebben gelegen van mijn keuze. Het is een industrie van ‘voor jou duizend anderen’. Juist daarom is het belangrijk om af en toe te schreeuwen.

6.000 kilo kleding op de Kalverstraat

Dat was voor Kiki meteen de volgende uitdaging. Ze wilde haar platform als model inzetten voor positieve verandering in de mode-industrie, maar hoe geef je daar vorm aan? “Het begon voor mij op social media. Ik postte over de impact van de mode-industrie, compleet met cijfers en beelden. Toen ik zag ik m’n aantal volgers snel afnemen. Maar inmiddels neemt dat juist weer toe.”

Kiki portesteert op de Kalverstraat, ze staat op een berg van 6.000 kilo kleding.
Deze berg kleding gooien Nederlanders elke 10 minuten weg | Foto: Martina Novakova

Vorig jaar blokkeerde Kiki de Kalverstraat met een enorme berg van 6.000 kilo kleding. Dit is de hoeveelheid kleding die Nederlanders elke 10 (!) minuten weggooien. “Met dit soort acties wil ik vooral laten zien dat wij als ‘gewone’ burgers de keuze en kracht hebben om het verschil te maken. Bijvoorbeeld door bewuster met onze kleding om te gaan en bepaalde dingen wel/niet te kopen.”

De juiste keuze

Tegenwoordig is Kiki Boreel op allerlei manieren actief als activist. Ze spreekt op events over de impact van de mode-industrie, helpt modemerken om een duurzamere koers te varen en werd door het ministerie van Economische Zaken en Klimaat gekozen als klimaatambassadeur voor de toekomst. Daarnaast is ze medeoprichter van de Dutch Sustainable Fashion Circle, een initiatief dat zich inzet voor een eerlijke en duurzame mode-industrie. Ondertussen rondde ze haar masterscriptie over duurzame hennepproductie af. En ze werkt nog steeds als model, maar dan alleen voor verantwoorde merken, die duurzaamheid hoog op de agenda hebben staan.

Door al deze nieuwe werkzaamheden is haar leven tegenwoordig nog steeds druk, grillig en soms last-minute. Maar… er is ook rust. “En dat komt, denk ik, omdat ik de juiste keuze heb gemaakt toen ik weigerde om nog voor fast fashion te werken. Het is eigenlijk net als overstappen naar een duurzame bank: je moet je er misschien even toe zetten, maar je bent blij als je het hebt gedaan.”