Van alle boerengrond in Nederland wordt momenteel op zo’n 5 procent biologisch geboerd. Een klein percentage, maar het groeit wel. Zo kwam er in 2023 ongeveer 6,6 duizend hectare biologische landbouwgrond bij, berekende het CBS. Dat is goed nieuws, want biologische landbouw neemt een aantal bewezen voordelen met zich mee. Zo concludeerdeWageningen University & Research (WUR) dat opschalen van biologische landbouw leidt tot ‘een substantiële reductie van broeikasgassen in Nederland.'

Het is daarnaast veel beter voor de grond. Conventionele landbouw put de grond uit, biologische landbouw verrijkt die juist. ‘Door te investeren in de bodem, ontstaat meer bodemleven en zal de bodem weerbaarder zijn tegen droogte, natte periodes of weersextremen’, aldus de WUR in hetzelfde onderzoek. Als klap op de vuurpijl is biologische landbouw ook beter voor de omliggende natuur. We weten bijvoorbeeld dat ammoniakuitstoot en nitraatuitspoeling lager ligt bij de meeste bio-boeren. Dat zorgt voor minder stikstof en minder watervervuiling.

Portretfoto van Leonie Barelds, onderzoeker bij het Louis Bolk Instituut.
Leonie Barelds, onderzoeker bij het Louis Bolk Instituut.

Moeilijk te zeggen

Genoeg voordelen dus, die ook veelvuldig onderzocht én bewezen zijn. Maar of biologische voeding ook gezonder is voor de mens? Daar is veel minder onderzoek naar gedaan en weten we dus ook veel minder over. Dat heeft alles te maken met het feit dat het ook heel moeilijk te onderzoeken ís. “Er zijn zoveel factoren die de gezondheid van een mens bepalen en beïnvloeden. Van leef- en eetpatronen tot leefomgeving. Dat maakt het heel lastig om een hard, causaal verband aan te tonen tussen biologische voeding en menselijke gezondheid”, zegt Leonie Barelds, onderzoeker op het thema ‘duurzame en gezonde voedingskeuzes’ bij het Louis Bolk Instituut.

“Als je dat zou willen aantonen, moet je mensen jarenlang in een geïsoleerde setting laten opgroeien en alle facetten van hun levens strak monitoren. Dat lijkt me een heel onmenselijke situatie”, vervolgt ze. Het volgen en bevragen van mensen in een niet-geïsoleerde setting is ook geen ideale optie. Er kunnen namelijk forse verschillen zitten tussen wat mensen zeggen en daadwerkelijk doen. Daarnaast eten mensen combinaties van verschillende voedingsmiddelen (dus niet alleen biologische of niet-biologische producten) en is het effect van één aspect moeilijk te isoleren.

Een Frans onderzoek dat in 2013 startte, het BioNutriNet-project, probeerde het verband tussen biologische voeding en gezondheid toch aan te tonen. Onderzoekers volgden het dieet en de levensstijl van 35.000 deelnemers en concludeerden dat mensen met een biologisch dieet inderdaad gezonder waren. Maar een belangrijke kanttekening: deze deelnemers leefden op allerlei vlakken gezond(er). Ze aten bijvoorbeeld meer groente en fruit dan andere deelnemers, hadden meer lichaamsbeweging en rookten minder. Een directe link tussen biologische voeding en gezondheid werd dan ook niet bewezen.

Tomaat versus bio-tomaat

Het onderzoek dat verder is gedaan naar biologische voeding en menselijke gezondheid is vaak erg specifiek en gefragmenteerd. En ook op basis daarvan blijkt het lastig om eenduidige conclusies te trekken. Om een voorbeeld te geven: onderzoek toont aan dat bio-tomaten iets hogere concentraties kunnen bevatten van bepaalde nutriënten, zoals vitamine C. Je zou denken: dan is biologische voeding dus gezonder. Maar die onderzoeksresultaten zeggen niets over andere soorten groenten en fruit. Of zelfs andere tomatensoorten. En heeft de biologische teelt van de tomaten in kwestie wel voor die hogere voedingswaardes gezorgd? Of speelden andere factoren een rol, zoals de samenstelling van de grond waarop de tomaten groeiden?

“Daar komt bovenop dat die hogere voedingswaardes niet automatisch zorgen voor een betere gezondheid bij mensen”, zegt Barelds. “Want als je die tomaat eet, wat doet je lichaam er vervolgens mee? Worden die extra nutriënten überhaupt wel opgenomen? En zo ja, in hoeverre draagt dat dan bij aan een betere gezondheid? Als dat niet onderzocht is, kan je alsnog geen conclusies trekken.”

Potentiele gezondheidsvoordelen van biologische voeding

Keihard bewijs voor de gezondheidsvoordelen van biologische voeding is er dus (nog) niet. Maar aanwijzingen dat het gezonder kán zijn? Die zijn er wel degelijk. Het Louis Bolk Instituut deed in 2005 bijvoorbeeld onderzoek naar verschillen in gezondheid tussen kippen die biologisch en ‘normaal’ voer kregen, in samenwerking met WUR en TNO. Wat bleek? Kippen die biologisch aten, vertoonden een sterkere immuunreactie dan de kippen die niet-biologisch aten.

Nu zeggen onderzoeksresultaten over kippen natuurlijk niets over mensen. Maar het leidde wel tot vervolgonderzoek van de WUR, dat bestaande onderzoeken over biologische voeding en gezondheid onder de loep nam. Conclusie: bestaand onderzoek ‘wijst op een positief gezondheidseffect (van biologische voeding, red.) en vraagt om nader onderzoek’.

Die potentiële gezondheidseffecten zijn grofweg op te delen in twee categorieën. Ten eerste: negatieve zaken die biologische producten minder of helemaal niet bevatten, zoals chemische gewasbeschermingsmiddelen. Ten tweede: positieve zaken waar biologische producten juist méér van hebben, zoals bepaalde nutriënten.

Biologisch: meer voedingswaarde?

Laten we beginnen met voedingswaarde: bevatten biologische producten meer nutriënten, vitaminen en andere zaken waar je lichaam blij van wordt dan gangbare producten? Er zijn zowel onderzoeken die dit beamen als weerleggen. Zo stelt dit onderzoekuit 2012 dat er geen sterk bewijs is dat biologische voeding voedzamer is dan gangbaar voedsel.

Maar tijdens dit onderzoekwerden significant meer antioxidanten aangetroffen in biologisch geteelde producten. Uit het Nederlandse KOALA-onderzoekbleek dat de moedermelk van moeders die biologisch aten meer gunstige vetzuren bevatte. Kinderen van deze moeders hadden daarom 36 procent minder kans op eczeem tijdens hun eerste twee levensjaren. En in dit onderzoekwerden er significant meer omega-3 vetzuren in biologisch vlees en biologische zuivelproducten aangetroffen.

Er is dus wel degelijk bewijs dat biologische producten (in ieder geval in sommige gevallen) meer voedingswaarde hebben. Maar de vraag blijft: leidt dit ook tot een betere gezondheid bij mensen? Barelds: “Dat is tot nu toe onvoldoende onderzocht. We weten niet wat het menselijk lichaam er vervolgens mee doet en of die hogere voedingswaarde überhaupt zoden aan de dijk zet. Een hogere voedingswaarde vertaalt zich helaas niet automatisch naar een betere gezondheid.”

Hebben biologisch producten minder pesticiden?

Een ander mogelijk voordeel van biologische voeding is dat je juist mínder binnenkrijgt van zaken waar je lichaam wellicht minder blij van wordt. Zo blijken biologische producten vaak minder cadmium te bevatten, een toxisch metaal. Daarnaast worden er minder pesticiden aangetroffen, blijkt uit meerdere onderzoeken (zoals deze en deze). Dat komt omdat biologische boeren geen of alleen natuurlijke gewasbeschermingsmiddelen gebruiken. Een strikt biologisch dieet biedt overigens geen garantie dat je helemaal niet meer blootgesteld wordt aan pesticiden, stelt Barelds: “Pesticiden verspreiden zich via water, lucht en bodem, waardoor ze ook bij biologische boeren in de grond of op de oogst kunnen belanden.”

Blootstelling aan chemische pesticiden wordt inmiddels in verband gebracht met chronische ziekten zoals kanker en hart-, ademhalings- en neurologische aandoeningen. Er is bijvoorbeeld ook toenemend bewijs voor een verband tussen blootstelling aan pesticiden en een verhoogd risico op de ziekte van Parkinson.

Je krijgt overigens geen enorme hoeveelheden pesticiden binnen als je niet-biologisch eet. “We hebben strenge richtlijnen in Nederland, dus in de basis zijn niet-biologische producten gewoon veilig”, aldus Barelds. Maar residuen van schadelijke pesticiden kunnen wel degelijk op je bord belanden. En die kans is beduidend groter bij niet-biologische producten.

Portretfoto van Marco van Es, oprichter van Bac2Nature
Portretfoto van Marco van Es, oprichter van Bac2Nature

Een rijker microbioom?

Er is ook nog een derde reden waarom biologische voeding gezonder kan zijn. Dat heeft alles te maken met de miljarden micro-organismen die leven op onze huid en in ons spijsverteringssysteem. Dit wordt ook wel ons microbioom genoemd: een complexe ‘samenleving’ van allerlei micro-organismen, zoals bacteriën, gisten en virussen. Om je een idee te geven van hoe groot die samenleving is: er zitten meer microben onze darmen dan cellen in ons lichaam. Steeds meer onderzoek wijst erop dat dit microbioom invloed heeft op onze spijsvertering, immuunsysteem en algehele gezondheid.

Er zijn twee manieren waarop mensen in contact komen met micro-organismen: via onze leefomgeving en via voeding. “Een Fins onderzoek liet bijvoorbeeld zien dat het heel belangrijk is voor jonge kinderen om in de eerste 1.000 dagen van hun leven in contact te komen met de volle grond (en dus microben, red.). Dat verlaagt bijvoorbeeld het risico op astma en allergie”, zegt Marco van Es. Hij richtte de stichting Bac2Nature op om de relatie tussen microben (van onze leefomgeving en in groente en fruit) en onze gezondheid op de kaart te zetten en wetenschappelijke kennis op dit gebied te duiden en beschikbaar te maken voor een breed publiek.

Van Es werkte lange tijd in de wereld van probiotica. Daar leerde hij twee belangrijke lessen, die uiteindelijk tot de oprichting van zijn stichting leidde. Ten eerste: hoe diverser het microbioom in onze darmen, hoe beter dat is voor onze gezondheid. Van Es: “Het gaat dus niet alleen om hoeveel microben er in je darmen leven, maar vooral ook hoeveel verschillende soorten.” Ten tweede: het microbioom van mensen die in steden leven en bewerkt voedsel eten, blijkt een stuk minder divers dan die van mensen die vaak in de natuur te vinden zijn en onbewerkt groente en fruit eten. Soms wel de helft minder. Van Es: “Dat leidde bij mij tot een hypothese: we komen tegenwoordig te weinig in contact met diverse microben uit de natuur en dat heeft negatieve gevolgen voor onze gezondheid.”

Sindsdien zet Van Es dit onderwerp op allerlei manieren op de kaart. “We moeten die rijkdom van microben op de een of andere manier weer terugkrijgen”, stelt hij. “En als je met die bril naar voeding kijkt, worden biologische producten interessant. De grootste rijkdom aan micro-organismen bevind zich namelijk in de bodem en het bio-keurmerk garandeert dat de gewassen worden geteeld in de volle grond.”

Er zijn inmiddels meerdere onderzoeken die laten zien dat de diversiteit van microben op biologische groenten en fruit hoger is. Zo vergeleek een onderzoeksgroep in Graz (Oostenrijk, red.) biologische en niet-biologische appels. Qua hoeveelheid microben was er weinig verschil, maar qua diversiteit scoorden biologische appels vele malen beter. “De wijze van telen kan dus invloed hebben op de diversiteit aan microben op groente en fruit”, aldus Van Es.

Maar ook hier luidt de vervolgvraag: heeft dat dan ook daadwerkelijk gezondheidsvoordelen voor de mens? En ook hier geldt: daar is tot op heden te weinig onderzoek naar gedaan om harde conclusies te kunnen trekken.

Biologische voeding: is het gezonder?

Er zijn meer dan genoeg aanwijzingen dat biologische voeding gezonder kan zijn, op verschillende manieren. Maar onomstotelijk bewijs is er niet. Of dat er ooit komt, is onzeker. Barelds: “We hebben het over een keten van bodem naar mens, met allerlei schakels ertussen. Die keten afbakenen en in zijn geheel onderzoeken, is behoorlijk complex. Ik verwacht wel dat er steeds meer onderzoeken komen naar allerlei kleine stukjes binnen die keten. Op basis daarvan zou je voorzichtige conclusies kunnen trekken over de potentiele gezondheidsvoordelen van biologische voeding.”

“Want potentie is er zeker”, vervolgt ze. “De bodem waarop biologische producten groeien is doorgaans rijker en op biologische producten worden minder gewasbeschermingsmiddelen en een hogere diversiteit aan microben aangetroffen… Dat zou gezondheidsvoordelen kúnnen hebben.”

Van Es beaamt dat: “Er zijn zoveel factoren die de gezondheid van een mens bepalen. Het zal ontzettend lastig blijven om de effecten van biologisch voeding te laten zien en bewijzen. Maar sinds ik me in dit onderwerp verdiep, schotel ik mijn kinderen alleen nog biologische producten voor. Op basis van de onderzoeken die er nu zijn, voelt het logisch om dat te doen.