De onderstaande column verscheen 31 augustus op fd.nl als onderdeel van een reeks columns van Hans Stegeman waarin hij zijn visie geeft over economische en politieke vraagstukken.
Uw columnist is nog steeds in Zweden. Het land van bomen, meren, en frisse lucht, maar ook van design én de pioniers van snelle spullen: fast fashion (H&M) en fast furniture (Ikea). Kleding en meubels die modern en relatief goedkoop zijn en daarom bereikbaar voor veel mensen. Vandaar dat het wereldwijde succes van beide concerns veel navolging heeft gehad. Hele sectoren zijn op de kop gezet om snel veel spullen te leveren, mede mogelijk gemaakt door mondialisering van productieketens, efficiënte logistiek en uitgekiende marketing.
Uiteraard heeft dit succes een keerzijde: overproductie en overconsumptie. Het bedrijfsmodel is gestoeld op bewuste veroudering. De kern daarvan is dat producten – kleding of meubels – niet te lang moeten meegaan. Liefst zo kort mogelijk, doordat ze óf uit de mode raken of ‘gewoon’ snel slijten. Meestal het eerste. Door die grote omloopsnelheid ontstaat telkens weer nieuwe vraag, en dus meer omzet en hogere winst.
Probeer maar eens een in perfecte staat verkerende Billy te slijten op marktplaats. Gratis afhalen lukt al nauwelijks. Of een H&M’etje; nul reactie. Het is veel aantrekkelijker en nauwelijks duurder om het nieuw aan te schaffen. En dus wordt er elke vijf seconden wel ergens ter wereld een nieuwe Billy verkocht.
Hans Stegeman
Econoom en hoofdstrateeg Triodos Investment Management
Hans Stegeman Hans Stegeman (1972) is sinds twee jaar hoofd Research en Investment Strategie bij Triodos Investment Management. Hij werkte eerder bij het Centraal Planbureau en was een aantal jaren hoofdeconoom bij Rabobank. Hans Stegeman studeerde Algemene Economie aan de Universiteit Maastricht, en werkt momenteel aan een proefschrift over de circulaire economie.
Dat is ook terug te zien in de statistieken. Kleding is na olie één van de meest vervuilende industrieën. En Ikea gebruikt naar schatting in zijn eentje al 1% van het wereldwijd commercieel geoogste hout. In de hele Westerse wereld neemt zowel de berg overbodige kleding als die van afgedankt meubilair sneller toe dan andere soorten huishoudafval. Snelle spullen = het gebruiken van veel grondstoffen + vervuilende productie + afval, en daarmee het antoniem van de circulaire economie.
De Zweedse koplopers zien die negatieve effecten ook. Op de websites van Ikea en H&M kan je uitgebreid lezen over hun ronkende circulaire ambities. Ikea wil in 2030 volledig circulair wil zijn, H&M in 2040. Da’s nog eens een ommezwaai: van zo veel mogelijk spullen maken die zo min mogelijk worden gebruikt naar het maximaal benutten van alles wat wordt geproduceerd. Fantastisch als het lukt.
Mij overtuigt het vooralsnog niet. Op hun websites lees ik over duurzamer produceren en recyclen waarbij medewerking van de consument nodig is. Geen woord over minder produceren, en ook niet over het verlengen van de levens- of draagduur. Zolang de restwaarde voor de consument, of de beleving ervan, nagenoeg nul is, is de prikkel om eraan mee te werken ook niet aanwezig. Zou daar ooit een innovatieve Zweedse oplossing voor komen?
Bedankt voor je reactie!
Bevestig je reactie door op de link in je e-mail te klikken.